![]() |
Impara Lingue Online! |
![]() |
|
![]() |
|
| ||||
Waarom ben je niet gekomen?
| ||||
Ik was ziek.
| ||||
Ik ben niet gekomen, omdat ik ziek was.
| ||||
Waarom is ze niet gekomen?
| ||||
Ze was moe.
| ||||
Ze is niet gekomen, omdat ze moe was.
| ||||
Waarom is hij niet gekomen?
| ||||
Hij had geen zin.
| ||||
Hij is niet gekomen, omdat hij geen zin had.
| ||||
Waarom zijn jullie niet gekomen?
| ||||
Onze auto is kapot.
| ||||
Wij zijn niet gekomen, omdat onze auto kapot is.
| ||||
Waarom zijn die mensen niet gekomen?
| ||||
Zij hebben de trein gemist.
| ||||
Zij zijn niet gekomen, omdat ze de trein gemist hebben.
| ||||
Waarom ben je niet gekomen?
| ||||
Ik mocht niet.
| ||||
Ik ben niet gekomen, omdat ik niet mocht.
| ||||